Ostfriesland

Een paradijs voor fietsers net over de grens

Meer dan 3500 kilometer vrijliggende fietspaden, maken van het gebied een fietseldorado. Ostfriesland maakt het de recreatieve fietser gemakkelijk: er zijn talloze fietsverhuurbedrijven, voldoende fietsenmakers om de zeldzame lekke band te plakken en alle fietspaden zijn duidelijk gemarkeerd. Er zijn talloze themaroutes uitgezet zoals bijvoorbeeld de Ammerland Route die door een prachtig veengebied loopt. Dit gebied staat bekend om zijn rododendronkwekerijen die ook te bezoeken zijn. Andere routes zijn bijvoorbeeld de Friesenroute en de Dollardroute. Maar ook zonder themaroute is het eenvoudig de weg te vinden: in grote delen van Ostfriesland kent men ook het Knooppunten-netwerk.

De 7 Duitse Waddeneilanden

Na Rottum zijn er nog meer Waddeneilanden: de Ostfriesische eilanden. Er zijn er zeven: Borkum, Juist, Norderney, Baltrum, Langeoog, Spiekeroog en Wangerooge. De Duitse Waddeneilanden hebben veel overeenkomsten en tegelijkertijd ieder een eigen karakter. Behalve Borkum en Norderney, de twee eilanden met de meeste bevolking, zijn de eilanden autovrij. Vooral Norderney is al eeuwenlang een toeristische trekpleister omdat het Koningshuis van Hannover er een zomerverblijf had. De kuuroorden uit die tijd geven het eiland een geheel eigen charme.

De andere eilanden zijn een stuk rustiger. Paard en wagen en hier en daar een tram nemen de functie van de auto over. Ieder eiland heeft zijn eigen specialiteit. Zo is het op Juist zelfs in het hoogseizoen nog rustig, heeft Langeoog een interessant scheepvaartmuseum, Spiekeroog een kerk uit 1696 en Wangerooge een lagune met een vogelreservaat. Alle eilanden hebben prachtige stranden en ongeschonden natuurgebieden.

Thee met een toefje slagroom

Rond 1670 introduceerden de Nederlanders in Ostfriesland het drinken van thee en ze hebben er zelf een traditie en een ware theecultuur van gemaakt. Het is belangrijk de theeceremonie goed uit te voeren: eerst de theepot voorverwarmen en dan pas kan het kokende water op de thee gegoten worden. De thee moet precies vijf minuten trekken. In het kopje wordt eerst een klontje kandijsuiker gedaan, zodat het lekker knispert als de thee er opgegoten wordt. Een toefje slagroom maakt de thee helemaal af. Een echte Ostfriese zal de thee nooit doorroeren.